Hotelbon

Telefoon.

‘Met Neeltje’.

‘Dag mevrouw, u spreekt met de Bankgiroloterij. Ik heb iets leuks voor u. Wij mogen alle oud-deelnemers van de Bankgiroloterij mee laten spelen in een quiz, voor prachtige prijzen.’

‘Oh ja, en dan moet ik daarna zeker weer een jaar meespelen?’

‘Nee hoor mevrouw, helemaal niet. U hoeft alleen maar een vraag te beantwoorden en dan wint u een mooie prijs.’

‘Ik geloof er geen reet van, maar kom maar op met die vraag.’

‘Okee mevrouw, wilt u een makkelijke of een moeilijke vraag?’

‘Krijg ik, als ik de moeilijke vraag goed heb, dan ook een grotere prijs?’

‘Nee, dat niet mevrouw.’

‘Waarom zou ik dan een moeilijke vraag willen beantwoorden?’

‘Tja, dat moet u zelf weten mevrouw.’

‘Nou, kom maar op dan, met die moeilijke vraag.’

‘Okee, komt ‘ie. In welke stad staat het Van Gogh Museum? Is dat A: In Amsterdam, B: in Rotterdam of C: in Delft?’

‘Vind je dat een moeilijke vraag?’

‘Ik weet het antwoord niet, mevrouw.’

‘Jij weet het antwoord niet? Maar je komt uit Amsterdam, zo te horen. Nou ja, het antwoord is dus A.’

‘U denkt dat het antwoord A is? Weet u het zeker?’

‘Ja, dat weet ik zeker.’

‘Dan ga ik het antwoord nu invoeren in de computer… even geduld… jaaaa, het lampje is groen! Van harte gefeliciteerd mevrouw, ik mag u een mooie hotelcheque aanbieden voor drie nachten in een drie- of viersterrenhotel overal in Nederland!’
 
‘Goh, wat leuk. En hoeveel moet ik dan precies bijbetalen?’

‘Helemaal niets mevrouw. Bij de overnachtingen zijn het ontbijt inbegrepen. Alleen een diner moet u los betalen, maar dat lijkt me logisch.

‘Ja, dat is wel zo. En wat is dan het verdere addertje onder het gras?’

‘Goh mevrouw, u bent wel slim, er zit inderdaad wel een klein addertje onder het gras ja…’

‘Hoeveel maanden moet ik nu weer meespelen?’

‘Neenee, u hoeft helemaal niet meer mee te spelen, sterker nog: u speelt automatisch de maand december mee. Gratis.’

‘Gratis. En verder?’

‘Nou mevrouw, u bent wel slim zoals ik al zei. Verder moet u minimaal één maand meespelen in de Bankgiroloterij.’

‘Zie je, ik zei het. Wat kost dat?’

‘Eén lot is 8,25. Maar als u nu toezegt, kunt u ook meteen weer opzeggen, dan betaalt u alleen voor januari. En dan krijgt u dus wel drie heerlijke hotelovernachtingen!’

‘Je weet het wel goed te brengen! Maar ik ben juist gestopt met de Bankgiroloterij omdat ik er geen geld meer voor had. Ook niet voor over had trouwens.’

‘Wat voor werk doet u dan?’

‘Wat voor werk? Dat gaat jou toch niks aan? Maar vooruit, ik werk voor Radio 1.’

‘Voor de radio? Cool zeg. Ik ben een rapper.’

‘Ja, dat dacht ik al.’

‘Hoezo dacht u dat al?’

‘Je klinkt als een rapper. Surinaamse tongval, Amsterdams accent, woordkeus, jong… Helaas draait Radio 1 geen rapmuziek, dus ik kan je niet helpen.’

‘Goh, dat heeft u wel goed gehoord. Dus u denkt dat ik nog jong ben?’

‘Eh… ja.’

‘Hoe oud bent u dan, als ik vragen mag?’

‘Ik ben 28, helaas.’

‘Helaas? Waarom helaas?’

‘Ach, 28, da’s bijna 30.’

‘Wat is er mis met 30? Ik hou van vrouwen van 30.’

‘Jij houdt van vrouwen van 30…?’

‘Ja, die hebben alles voor elkaar, zijn geen meisjes meer, maar echte vrouwen… ik zeg altijd maar zo: vrouwen van 30 zijn net als wijn: hoe rijper, hoe lekkerder.’

‘Hahahaha, hoe rijper, hoe lekkerder? Als je maar niet denkt dat ik jou meeneem naar dat viersterrenhotel! Hoe oud ben jij eigenlijk?’

’25 mevrouw.’

‘Goh, dat zou ik je niet geven. Je klinkt een stuk jonger.

‘Nou, bedankt’.

‘Zullen we dan nu maar even doorgaan met mijn hernieuwde lidmaatschap van de Bankgiroloterij?’

‘Eh ja mevrouw, laten we dat maar doen. Ik ga even uw gegevens met u doornemen..’
(….)
‘Nou, dat is dan geregeld mevrouw. U speelt de maand december gratis mee met de Bankgiroloterij en betaalt alleen voor de maand januari. Wel op tijd opzeggen hè? Rest mij niets anders dan u heel fijne feestdagen te wensen, en een heel gelukkig nieuwjaar. Geniet van het hotel!’

‘Ja, bedankt hè?’

‘U hebt mijn dag een stuk vrolijker gemaakt.’

‘Ach, jij was ook best leuk.’

‘Dag mevrouw.’

‘Dag meneer.’

Echt gebeurd.