iPad… eh… Pod

Ik wil een iPad! Het alles in één-apparaat (e-reader, internetter, mp3-speler en filmafdraaier… nu moest ‘ie ook nog kunnen bellen) is precies het ding waar ik vroeger als kind over fantaseerde. Als ik bij een oom of tante een film keek en we ineens naar huis moesten. Of gewoon, als ik aan de toekomst dacht. Zo’n apparaat, dat alles kan, dat zou d’r wel nooit komen, dacht ik dan. En nu is ‘ie er gewoon. Maar voorlopig niet in mijn bezit. Want ik heb tenslotte ook nog maar net een iPod.
En dat is tof. Want ik kan nu hardlopen onder begeleiding van de zoetgevooisde aanmoedigingen van Evy Gruyaert. En naar Kitty, Daisy en Lewis luisteren in de trein op weg naar mijn werk. Of op de fiets. En daar ontstaat dus een probleem.

Want ik raak gedesoriënteerd van mijn iPod. Omdat ik niet meer alles om me heen kan horen, raken mijn andere zintuigen ook in de war. Ik bots dus steeds overal tegenaan. Struikel over mijn voeten. Kijk over mijn schouder om te checken of ik niet beroofd word. De knopjes van de kaartautomaat op het station worden ineens heel moeilijk. En ik durf niet meer over te steken.

Raar.