Ik ben een heel net meisje. Ik hou helemaal niet van kruimels op de vloer, vlekken op de bank en stapels verstofte post op tafel. Maar helaas is de realiteit heel anders en blijk ik vooral een heel net meisje in mijn hoofd. En in mijn dromen. Want mijn huis is een puinzooi. En tijd om het op te ruimen heb ik zogenaamd niet. Laat staan zin.
Mijn witte bank zit onder de vetvlekken en zwarte vegen. Mijn laminaatvloer ligt vol kruimels en haren. Als ik met mijn vinger over mijn raam veeg, is hij zwart. Mijn eettafel én bureau liggen bezaaid met papieren, enveloppen en rekeningen. De krantenbak puilt uit. Op de stoel in mijn slaapkamer ligt de halve inhoud van mijn klerenkast. De keukenkastjes zijn vaker leeg dan vol en de inhoud staat dan vies op het aanrecht.
Laatst had ik een kopie van mijn paspoort nodig. Daar heb ik er zeker twintig van. Dat leek me zo handig indertijd, dat ik niet voor elk kopietje naar de supermarkt zou hoeven. Twintig kopietjes raak je niet zomaar kwijt, zou je denken. Ik wel hoor. Niet in de boekenkast, niet in de la, niet op mijn bureau, niet onder mijn bed (wel veel stofvlokken), nergens.
Onlangs wilde ik uitgebreid koken. Moest ik eerst zes pannen en acht borden afwassen. Vorken en messen waren er helemaal niet meer. Toen was ik het zat. Er moest iets veranderen. Maar wat? Gelukkig kreeg ik hulp van boven en stuitte ik in de boekhandel zomaar op het boek ‘Aan de slag met de Huishoudcoach. De nieuwe stijl opruimen, administreren, agenderen en poetsen.’ Eureka! Mijn redding!
Ik heb twee dagen lang gelezen, met opgetogen kriebels in mijn buik. Dit boek ging over mij! Het huis in dat boek was het mijne! En de oplossingen waren zo slim en doeltreffend, dat ik bijna onmiddellijk met een poetsdoek en de stofzuiger aan de slag wilde gaan. Maar dat was niet de bedoeling. Als een kip zonder kop door je huis rennen, daarmee stapeltjes verplaatstend en onhandige, totaal ondoeltreffende hoekjes schoonmaken, dat moet dus niet. Het gaat om het effectiviteit. En die haal je uit de weekschema’s.
Ik ben begonnen met mijn tutkast, vol potjes en flesjes met totaal over de datum zijnde cremepjes en luchtjes erin. Maar waar ook mijn handdoeken, panty’s en schoenen liggen. En pennen, oude pasjes en haarelastiekjes. En hee! Daar vond ik ook een schilmes en een oude jaaropgave. Deze kast had geen duidelijk doel, en dat moest ik eerst formuleren. Het werd mijn kast voor persoonlijke verzorging. Met mijn handdoeken, panty’s en tutspullen, maar alleen díe spullen die ik ook echt gebruik. Ik moest twee stapels maken: de Hier Bewaren-stapel, de Elders Bewaren-stapel en de Weggooi-stapel. Eén voor één moest ik alle spullen eruit halen en op een stapel leggen. Kast leeg? Doek erdoor en weer netjes inruimen. En de andere stapels zo snel mogelijk laten verdwijnen.
Heerlijk. Net als de 15 minuten die ik elke avond besteed aan het leegmaken van mijn eettafel en aanrecht. Geen afwas meer. Geen losse papieren. Want die ruim ik elke dag weg in de ‘Lezen’, ‘Doen’ en ‘Bewaren’-mappen, die ik elke week in een half uurtje uitspit.
Dit hou ik vol. Ik weet het zeker. Nog een paar weken volgens het schema en dan is mijn hele huis spic en span en kost mij dat geen enkele moeite meer. Hoop ik.
2 Reacties