Ik kon me nooit voorstellen dat ik, net als vriend H., met een versgekochte plaat naar huis zou hollen om hem te luisteren. Toch deed ik het, afgelopen zondag, toen ik na een heerlijk en vanouds optreden van Johan in de Utrechtse Plato, hun nieuwe album 4 in handen had.
Vol verwachting klopte mijn hart. Van Ferry Rosenboom, de baas van Johans label Excelsior Recordings had ik begrepen dat de vierde plaat eigenlijk meer van hetzelfde was en daarom zo goed. Ik kan album 1 tot en met 3 zo goed als van het begin tot het eind meezingen, dus ik verheugde me enorm.
De eerste keer draaide ik de cd terwijl ik op de bank zat, met een koffie verkeerd en een Volkskrant Magazine op schoot. Huiselijk en vertrouwd, zoald Johans nieuwe plaat ook wel zou zijn. Het viel een beetje tegen. Waar bij plaat 3 Oceans bijvoorbeeld onmiddellijk bleef hangen, net als She’s got away with man en ik bij album 2 onmiddelijk vast zat aan Day is Done en Tumble and Fall, bleef het nu angstvallig stil in mijn hoofd. Alleen aan Maria dacht ik nog eventjes terug, maar dat wordt gezongen door gitarist Maarten Kooijman, die dat overigens voortreffelijk doet. Maar ik was een beetje teleurgesteld.
Nog maar eens proberen dan, later op de avond, toen ik de was stond op te hangen. Bij dat soort klusjes past de muziek van Johan namelijk uitstekend. Net als bij liefdesverdriet of ineens opkomende geluksgolven. En bij ontbijtjes, of vlak voor het slapen gaan. Gelukkig bleef er deze keer wel echt iets hangen: Maria weer. Daar werd ik zelfs midden in de nacht mee wakker. Grappig is dat toch, dat dat kan, wakker worden met een wijsje in je hoofd.
Maar goed. Maria heb ik onthouden, maar In the park, Johans nieuwe single, helemaal niet. Net als de rest eigenlijk. Ik kom nog niet echt thuis bij 4 en dat valt me, stiekem, nogal tegen.
P.S. Ik zie nu dat Oor het met me eens is: ‘De plaat deed er, om onduidelijke redenen, langer over om binnen te komen dan zijn drie voorgangers’. Maar volgens Oor komt het goed. Daar hoop ik dan maar op.