Harry

Harry Lockefeer is dood. Hij is oud-hoofdredacteur van de Volkskrant en was, voor Marc Chavannes, oud-hoogleraar aan de Master Journalistiek in Groningen. Ik heb voor zijn afscheid in februari vorig jaar, nog een aantal colleges van hem mogen volgen. Over hoe journalistiek omgingen met de Greet Hofmansaffaire. En over de toekomst van de krant. In tegenstelling tot wat heel veel mensen roepen, was Harry (ja, als journalisten onder elkaar móet je tutoyeren; dat vond ik eerst heel gek) ervan overtuigd dat de krant over twintig jaar nog gewoon bestaat. Niks geen internetgedoe, want dat neemt het hele verrassingselement weg, dat de krant biedt. Juist bij een krant kan de lezer goed zelf bepalen wat hij wel of niet wil lezen. Harry had een mening naar mijn hart: ‘De krant biedt de lezer een rustpunt. Het vormt een aangenaam pauzemoment, op papier dat lekker aanvoelt. De krant is relatief goedkoop en makkelijk hanteerbaar. Overal is ze te lezen en te knippen. Belangrijker is wellicht dat ook het genieten van een prachtig geschreven artikel mogelijk is. De informatie in de krant is niet altijd snel, strak en zakelijk, maar soms ook sfeervol, knap en meeslepend verwoord.’