Pasje

bundespresseIk kreeg vandaag een spannend pasje. Hiermee mag ik alle gebouwen van de Bondsdag in. Ik haalde het pasje op in een kantoortje dat er speciaal was voor de zogenaamde ‘Presse-akkreditierungen’. Dat kantoortje bestond uit twee kamers. In de linker kamer zat een geblondeerde dame met blauwe oogschaduw achter een bureau met plastic bloemen erop. Op haar deur stond ‘Presse-akkreditierung A-K’. Aan de overkant van de wachtruimte lag een zelfde soort kamer met daarin een donkere dame met een grote bril achter een bureau met een Alpenkalender erop. Op haar deur stond ‘Presse-akkreditierung L-Z’. Ik maak geen grap.

Ik moest bij de blonde dame zijn. Op haar bureau stond een grote houten bak met daarin ontelbaar veel kaartjes. De kaartenbak. Daaruit haalde ze het kaartje met mijn naam. Daarmee ging ze naar een grote metalen kast met daarin ontelbaar veel hangmappen. Uit één van de hangmappen haalde ze een formulier met daarop mijn gegevens. Daarmee ging ze naar haar grote computer waar een muismat naast lag met daarop een poes. Ik maak geen grap.

Er was ook een RSI-toetsenbord. Nadat ze haar leesbril had opgezet die aan een kettinkje op haar angora boezem lag, tikte ze daar iets op in. Daarna moest ik op een krukje gaan zitten en maakte ze met een hypermoderne webcam een foto van mijn hoofd. En toen kwam er ineens uit een printer een rood pasje gerold. Ik had dat eerlijk gezegd niet verwacht. Ik dacht dat ik met een zelfgestempelde ponskaart in een plastic hoesje de deur uit zou lopen. Viel het allemaal toch nog mee. Net als de foto.

Toen ik trouwens vroeg of er dagelijks veel mensen kwamen voor een persaccreditatie, vanwege de gescheiden kantoortjes, was het antwoord: de ene dag wel en de andere dag niet. Okee.

Oh ja, ik schreef vandaag ook mijn eerste stukje. Dat vind je hier. Morgen staat het ook in kortere versie in de krant. En als je denkt: wat kan dit meid Duits schrijven, dan komt dat vooral omdat het een heel goed persbericht was en een leuke persconferentie. Waar ze broodjes met zalm serveerden. En omdat ik een aardige collega heb die de boel een beetje nakeek.