Lieve Kerstboom,

Er moet mij even iets van het hart. Ik zeg het maar ronduit: ik vind je een lelijke verrader. Een lelijke, dure verrader, om precies te zijn. Het begon al met je aanschaf, ergens halverwege december. Dat die zeer aangenaam was, lag niet aan jou, maar aan het sublieme kersterige sneeuwweer en aan mijn gezelschap, dat er, met gevaar voor eigen leven, voor heeft gezorgd dat je heelhuids van het Janskerkhof boven in mijn huis aankwam. Zelf moest je het nogal verpesten, door 45 euro te kosten. 45 euro! Dat is, voor hen die nog terugrekenen, meer dan 100 gulden! Zeg nou zelf, lieve kerstboom, zou jij meer dan 100 gulden uitgeven aan een feestelijk stukje groen in de huiskamer? Nee, dat dacht ik dus ook niet. Maar ik deed het toch wel, want ik snakte als nooit tevoren naar een intieme kerstsfeer in huis, net als vroeger. Daar hoort een grote boom bij, dus zuchtend trok ik mijn portemonnee.

En als het daar dan bij was gebleven? Je leek het in eerste instantie nogal naar je zin te hebben en stond er patent bij:

<a href="http://1.bp Recommended Reading.blogspot.com/_ri-FIqwGkYk/TUmAT4UEHBI/AAAAAAAAB04/08Mlvsuz2Ts/s1600/72074_469596883914_514593914_5792697_2992273_n.jpg” imageanchor=”1″ style=”clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;”>

Stralend zelfs, al zeg ik het zelf. Maar daar kwam vrij snel verandering in. Al op de avond van de aanschaf, liet jij zonder enige gêne honderden naalden vallen. En dat bleef je doen. ‘Frrrrrrrt’! hoorde ik dan, als ik de kamer in kwam, even iets uit de boekenkast moest halen, of er op een andere manier ook maar een heel klein beetje luchtverplaatsing was in Huize Huirne. Op dag drie had ik al zeker vier blikken naalden bij elkaar gestofferd. En een sorry van jou kant, ho maar.

Op dag twee besloot je dat honderd brandende kerstlampjes in je onderste takken wel genoeg was, en schakelde je de bovenste helft rücksichtlos uit. Dat ik die net nieuw bij de Blokker had gekocht, deerde je blijkbaar niet. Ik was dan ook volstrekt niet verbaasd dat de nieuwe stekkerdoos geen uitkomst bood.

En ondertussen bleven die naalden maar vallen. Niet alleen als ik bewoog, maar zelfs als ik doodstil op de bank zat, terwijl ik angstvallig mijn adem inhield, hoorde ik het ritmische getik van grotdroge dennennaalden op het laminaat. Ternauwernood wist ik gevoelens van drift in te houden, anders had ik je al vóór de kerst het raam uit geflikkerd. Maar verdrietig was ik wel, intens verdrietig, omdat jij, lieve kerstboom, kennelijk vastbesloten was mij mijn serene ‘vrede op aard’-gevoel te ontnemen, zodat het plaats kon maken voor moordneigingen. Pijn deed het.

Na een week ben ik opgehouden met naalden opvegen, omdat elke per ongelukke tik tegen jou, kerstboom, ervoor zorgde dat je meer naalden uitkotste dan ik had kunnen opruimen. Klaar was ik ermee. Met vegen en met jou. Nog nooit heb ik zo reikhalzend uitgekeken naar 27 december dan dit jaar. Weg moest je, en wel heel snel. En ik wist zeker: volgend jaar neem ik een plastic boom.

Het was een heerlijk gevoel om je na de kerst daadwerkelijk uit het raam te gooien. Ha! Van drie hoog naar beneden, zodat je je lekker pijn zou doen! Dat het ook de enige mogelijkheid was om je naar buiten te krijgen zonder het hele huis en het ganse trappenhuis te bevuilen met die afgrijselijke naalden van je, laat ik gemakshalve even achterwege. Maar zelfs toen je geknakt in een plas in de achtertuin lag, leek je me nog grijnzend aan te kijken. Je was niet dood, al leek het daar toch echt heel erg op, die week bij mij in de huiskamer.

Nee. Je was niet dood. En je was ook niet dood te krijgen, bleek vandaag. Vond je het nou echt nodig om tijdens die maand in de buitenlucht prachtig lichtgroen van kleur te worden? Had je er echt plezier in om knopjes te ontwikkelen en zelfs een paar schattige nieuwe takjes? Moest je nou echt per se verder groeien en bloeien, eenzaam in mijn achtertuin, zonder ook maar een fatsoenlijke kluit om je kont mee te krabben? Moest je mij zo verschrikkelijk erg je vrijheidsdrang tonen? ‘Nee sorry, ik hou er niet van om opgesloten te zijn op 25 m2 in kamertemperatuur. Dan voel ik me zó naar! Oh, doe mij maar de lekkere frisse buitenlucht, met zijn fijne januarikou, dan gedij ik veel beter!’

Newsflash schat. Je bent een kerstboom. Je bent gezaaid, gekweekt en uitgegraven om op kamertemperatuur een beetje mooi te staan wezen, zo tussen 15 december en 5 januari. Zelf nadenken wordt niet op prijs gesteld, snobistisch gedrag al helemaal niet. Met je ‘frrrrrrt!’.

Dus daarom lig je nu in mootjes gehakt in de groencontainer. Wat nou vrijheidsdrang. Vuile verrader.

Liefs van Neeltje